Op 3 oktober 2023 heeft de gemeenteraad het masterplan begraafplaatsen goedgekeurd.
Het masterplan is een kwaliteitsvolle toekomstvisie voor de herinrichting, het beheer en het gebruik van de begraafplaatsen en heeft tot doel om de begraafplaatsen door de jaren heen te laten evolueren naar groene parkbegraafplaatsen.
Om de doelstellingen uit dit masterplan te kunnen uitvoeren is een nieuw reglement van de begraafplaatsen opgemaakt omdat het oude reglement van de begraafplaatsen niet meer toereikend is.
Het college van burgemeester en schepenen heeft op 16 januari 2023 het voorontwerp voor het masterplan begraafplaatsen, met inbegrip van de bepalingen voor het begraven in de toekomst en het plan van aanpak voor de realisatie van de doelstellingen, goedgekeurd.
De gemeenteraad heeft op 3 oktober 2023 het masterplan begraafplaatsen goedgekeurd.
Het masterplan is een kwaliteitsvolle toekomstvisie voor de herinrichting, het beheer en het gebruik van de begraafplaatsen en heeft tot doel om de begraafplaatsen door de jaren heen te laten evolueren naar groene parkbegraafplaatsen.
Het oude reglement van de begraafplaatsen is niet echter niet meer toereikend en moet daarom worden vervangen door een nieuw reglement begraafplaatsen.
Om de doelstellingen in het masterplan te kunnen uitvoeren zijn de algemene bepalingen over hoe de stad in de toekomst met begraven wil omgaan nu verder uitgewerkt.
Deze algemene bepalingen zijn:
Het team begraafplaatsen (dienst burgerzaken, team groen en technische dienst) heeft deze algemene bepalingen, in verschillende werksessies, verder uitgewerkt tot een nieuw reglement begraafplaatsen.
Raadsleden Anne-Mie Hendrickx en Jan Bertels hebben volgens artikel 3 en 18 van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad een amendement ingediend voor de wijziging van artikel 4 van het voorgestelde reglement van de begraafplaatsen.
Voorstel amendement
''In artikel 4.1, 4 strooiweide worden in lid 1
Motivering:
Duurtijd van 5 jaar is veel te kort voor de nabestaanden.
Zelfde behandeling voor de strooiweide als voor een graf.''
De gemeenteraad stemt over het amendement. Het amendement wordt aangenomen.
Besluit 1
Raadsleden Anne-Mie Hendrickx en Jan Bertels hebben volgens artikel 3 en 18 van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad een amendement ingediend voor de wijziging van artikel 4 van het voorgestelde reglement van de begraafplaatsen.
Voorstel amendement
''In artikel 4.1, 4 strooiweide worden in lid 1
Motivering:
Duurtijd van 5 jaar is veel te kort voor de nabestaanden.
Zelfde behandeling voor de strooiweide als voor een graf.''
Besluit 2
De gemeenteraad keurt het reglement voor de begraafplaatsen goed als volgt:
STAD HERENTALS - REGLEMENT VAN DE BEGRAAFPLAATSEN
HOOFDSTUK 1: ALGEMENE BEPALINGEN.
Artikel 1.1 - locatie
Op het grondgebied van het lokaal bestuur Herentals kan op volgende plaatsen begraven worden:
Artikel 1.2 - toegankelijkheid begraafplaats
De begraafplaatsen zijn toegankelijk voor het publiek van 6 uur tot 22 uur.
Voor dienstnoodzakelijke omstandigheden kunnen de begraafplaatsen, tijdens deze openingsuren, op bevel van de burgemeester tijdelijk voor het publiek gesloten worden.
De begraafplaatsen mogen enkel betreden worden door voetgangers, vervoermiddelen van personen met een handicap, lijkwagens of daarmee gelijkgestelde wagens ter gelegenheid van begrafenissen en andere voertuigen mits machtiging van de burgemeester of zijn aangestelde. Minder mobiele personen mogen met de wagen op de begraafplaats van Bosbergen op vrijdag van 13 uur tot 15.30 uur en op zaterdag van 13 uur tot 17 uur.
Dieren aan de leiband zijn toegelaten.
Artikel 1.3 - begraving
Onder 'begraving' wordt verstaan:
Een stoffelijk overschot wordt begraven in een kist of in een lijkwade.
Een kist en de lijkwade moeten beantwoorden aan de voorwaarden bepaald in het uitvoeringsbesluit van 21 oktober 2005. (Belgisch Staatsblad, publicatie 15 december 2005. Besluit van de Vlaamse regering tot bepaling van de voorwaarden waaraan een doodskist of een ander lijkomhulsel moet beantwoorden zoals tot op heden gewijzigd.)
Artikel 1.4 - aangifte overlijden
Elk overlijden moet zo spoedig mogelijk aangegeven worden aan de ambtenaar van de burgerlijke stand.
Diegene die voor de begraving instaat, regelt met het lokaal bestuur de formaliteiten over de begrafenis. Bij het ontbreken daarvan, wordt door het lokaal bestuur het nodige gedaan.
Het lokaal bestuur geeft vooraf een toelating tot begraven en beslist over de dag en het uur van de begraving.
De begravingen zijn mogelijk:
Artikel 1.5 - volgorde begravingen
De volgorde van de begravingen en de bijzettingen wordt bepaald door het lokaal bestuur.
De as wordt uitgestrooid door een gemeentelijk aangestelde van het lokaal bestuur op het daarvoor bestemde perceel van de begraafplaats.
Artikel 1.6 - afscheidszone
Er zijn op de drie begraafplaatsen van Herentals afscheidszones voorzien.
De rouwenden kunnen bij het gehele verloop van de begrafenis aanwezig zijn.
Artikel 1.7 - vervoer stoffelijke overschotten
Het lijkenvervoer wordt waargenomen door private ondernemingen onder toezicht van het lokaal bestuur.
Het vervoer van stoffelijke overschotten gebeurt in een lijkwagen of op een wijze die veilig, hygiënisch en respectvol is voor de overledene.
Artikel 1.8 - kisting
Behalve om te voldoen aan een rechterlijke beslissing, mag de kist na de kisting niet meer geopend worden.
Artikel 1.9 - einde thuisbewaring
Een overledene kan maar op 1 locatie worden begraven.
Indien er een einde komt aan de bewaring van de as op een andere plaats dan de begraafplaats, kan de as door toedoen van de nabestaanden die er de zorg voor heeft of zijn erfgenamen in geval van diens overlijden, ofwel naar een begraafplaats gebracht worden om er begraven, in een columbarium bijgezet of uitgestrooid worden ofwel op de aan het grondgebied van België grenzende territoriale zee uitgestrooid te worden.
De persoon die de as in ontvangst neemt, is verantwoordelijk voor de naleving van deze bepalingen.
Wanneer ervoor wordt gekozen om assen uit te strooien en hiervan wordt een symbolische hoeveelheid door de nabestaanden bewaard, is het achteraf enkel mogelijk deze symbolische assen uit te strooien op de strooiweide.
Artikel 1.10 - bijzetting as eerder overleden persoon uit feitelijk gezin
Personen kunnen in de laatste wilsbeschikking opnemen dat de as van de eerder overleden echtgenoot of de persoon met wie ze een feitelijk gezin vormden, samen met hem of haar begraven, bijgezet of uitgestrooid wordt. De artikels van hoofdstuk 3 van het reglement zijn hier van toepassing.
Bij gebrek aan een laatste wilsbeschikking is dit op gezamenlijk schriftelijk verzoek van alle bloed- en aanverwanten van 1ste graad ook mogelijk.
Artikel 1.11 - bijzetting huisdieren
Het bijzetten van (huis)dieren wordt niet toegelaten.
HOOFDSTUK 2: NIET-GECONCEDEERDE PERCELEN.
Artikel 2.1 - algemene bepalingen
Zonder concessie kunnen gratis op de begraafplaatsen begraven, uitgestrooid of bijgezet in een columbarium worden:
Zonder concessie kunnen, mits betaling van een tarief bepaald in het tariefreglement, op de begraafplaatsen begraven, uitgestrooid of bijgezet in het columbarium worden:
Artikel 2.2 - termijn
Een niet-geconcedeerd graf wordt 20 jaar bewaard. Een niet-geconcedeerd kindergraf wordt 40 jaar bewaard.
Het is verboden meer dan 1 stoffelijk overschot in 1 graf te begraven. Slecht 1 asurne per urnenveld of nis is toegelaten.
Voor de niet-geconcedeerde begravingen is een omzetting naar een begraving in een concessie toegelaten, mits ontgraving. De bepalingen van hoofdstuk 3 en hoofdstuk 6 van het reglement zijn hier van toepassing.
Artikel 2.3 - ontruimingsprocedure
Wanneer niet-geconcedeerde gronden moeten worden ontruimd, zal de namenlijst ter kennisgeving aan het college van burgemeester en schepenen worden voorgelegd en zal een afschrift van de beslissing tot ontruiming gedurende 1 jaar voor het vervallen van de begravingstermijn bekendgemaakt worden aan:
Na de bekendmaking van de ontruiming kunnen de nabestaanden de graftekens of grafornamenten zelf wegnemen en dit tot het einde van de termijn van de ontruimingsprocedure.
Na die termijn worden de graftekens ambtshalve verwijderd en worden ze eigendom van het lokaal bestuur. Het college van burgemeester en schepenen beslist over de bestemming van deze materialen. Tijdens de ontruimingen wordt de plaats van de te ontruimen graven voor het publiek visueel afgeschermd.
Artikel 2.4 - retro-actieve thuisbewaring
De aanvraag tot retroactieve thuisbewaring van een asurne uit een niet-geconcedeerd perceel of nis, moet schriftelijk worden ingediend bij het college van burgemeester en schepenen door de overlevende echtgeno(o)t(e) of samenlevende partner en de bloedverwanten eerste graad.
De aanvraag tot retroactieve thuisbewaring kan ingediend worden tot zolang de procedure van ontruiming van de niet-geconcedeerde graven loopt.
De plaats van bewaring of verstrooiing wordt in de aanvraag aangeduid.
De aanvraag tot retroactieve thuisbewaring kan slechts eenmalig worden ingediend.
De bepalingen van hoofdstuk 6 van het reglement zijn van toepassing.
Wanneer de thuisbewaring ophoudt, kan de as van de overledene uitgestrooid worden op de strooiweide van de lokale begraafplaats of kan de asurne terug worden bijgezet of begraven worden in een concessie op de lokale begraafplaatsen.
Wanneer, naar aanleiding van de ontgraving, wordt vastgesteld door het lokale bestuur dat de asurne niet meer in goede staat is, moet deze door de aanvrager van de bewaring vervangen worden.
HOOFDSTUK 3: CONCESSIES.
Artikel 3.1 - algemene bepalingen
Zolang de omvang van de concessieperken van de begraafplaatsen dit mogelijk maakt, worden concessies verleend voor het begraven van stoffelijke overschotten en voor het begraven of bijzetten van urnen, volgens de tarieven opgenomen in het tariefreglement.
De tarieven worden op het ogenblik van de aanvraag onmiddellijk betaald door de aanvrager(s).
Er kunnen geen concessies verleend worden vooraleer een overlijden heeft plaatsgehad.
Artikel 3.2 - aanvraag concessie
Het college van burgemeester en schepenen wordt gemachtigd om de concessies te verlenen conform de voorwaarden van het reglement en de tarieven voorzien in het tariefreglement, dat door de gemeenteraad wordt vastgesteld.
Het college van burgemeester en schepenen wordt ook gemachtigd om de concessies te beëindigen bij toepassing van een procedure van verwaarlozing van grafmonumenten en naar aanleiding van de voortijdige beëindiging van de concessies.
De concessie wordt schriftelijk aangevraagd bij het college van burgemeester en schepenen. De aanvraag gebeurt volgens vooropgesteld formulier en vermeldt de identiteit(en) van de aanvrager(s), van de begunstigde(n) en de concessiehouder.
Artikel 3.3 - voorwaarden concessie
Vanaf 15 juli 2024 worden concessies verleend per perceel. Een concessie bestaat uit maximum twee percelen en per perceel kunnen er twee personen begraven of bijgezet worden. Het tarief van de concessie, bepaald in het tariefreglement, wordt betaald per perceel.
Het is mogelijk om meerdere concessies aan te kopen.
De concessies kunnen verleend worden voor:
Bij de toekenning van een concessie van meer dan 2 personen, worden 2 percelen naast elkaar toegewezen.
Bij de toekenning van een concessie van meer dan 2 urnen, worden 2 percelen (urnenveld) of 2 nissen (columbarium) toegewezen.
Op het moment van een overlijden kan een concessie worden aangekocht, waarbij de toegewezen plaats onmiddellijk benut wordt voor de overleden persoon en de overige plaatsen voorbehouden worden aan:
De concessies worden op het ogenblik van het eerste overlijden nominatief toegewezen. De nominatief toegekende concessies kunnen enkel door de concessiehouder of zijn erfgenamen schriftelijk gewijzigd worden. De wijzigingen kunnen slechts gedaan worden ten aanzien van het aantal voorbehouden plaatsen.
Artikel 3.4 - soorten concessies
1. Nieuwe concessies, aangevraagd vanaf 15 juli 2024.
De concessies, aangevraagd vanaf 15 juli 2024, worden nominatief toegekend voor maximum 4 personen en voor een termijn van 30 jaar per perceel, die telkens aanvangt op de datum van de eerste begraving. Het volledige tarief van de concessie wordt, op het ogenblik van de aanvraag tot concessie en volgens de voorwaarden opgenomen in het tariefreglement, onmiddellijk betaald.
2. Bestaande concessies, aangevraagd voor 30 december 1970, waarvan de eindtermijn nog niet aflopen is.
Bestaande concessies kunnen vernieuwd worden voor een termijn van 10 jaar, op voorwaarde dat de aanvraag tot hernieuwing voor het verval van de oorspronkelijke concessie of bij een bijzetting in de concessie wordt ingediend. Het tarief van de hernieuwing van de concessie wordt, op het ogenblik van het indienen van de aanvraag tot hernieuwing en volgens de voorwaarden opgenomen in het tariefreglement, onmiddellijk betaald.
3. Bestaande concessies, aangevraagd voor 30 december 1970, waarvan de eindtermijn afgelopen is of afloopt voor 14 juli 2024.
Op schriftelijk verzoek kan deze concessie eenmalig hernieuwd worden met een termijn van 10 jaar, die aanvangt op de datum van de goedkeuring door het college van burgemeester en schepenen. Het tarief van de hernieuwing van de concessie wordt, op het ogenblik van het indienen van de aanvraag tot hernieuwing en volgens de voorwaarden opgenomen in het tariefreglement, onmiddellijk betaald.
Naar aanleiding van elke voorbehouden bijbegraving in het voorvermelde geconcedeerd perceel, wordt de nieuwe concessie en de concessie(s) van de reeds begraven perso(o)n(en) ambtshalve verleend met respect voor de wettelijke grafrust, vanaf de datum van begraving.
4. Eeuwigdurende concessies – afgeschafte wet van 20 juli 1971
De eeuwigdurende concessies zijn afgeschaft volgens de wet van 20 juli 1971. Nieuwe eeuwigdurende concessies kunnen niet meer worden aangegaan.
De hernieuwing van bestaande eeuwigdurende concessies gebeurt op schriftelijke aanvraag en dit voor een termijn van telkens 50 jaar vanaf de goedkeuring door het college van burgemeester en schepenen. De hernieuwing van een eeuwigdurende concessie gebeurt kosteloos zoals voorzien is in de wet van 20 juli 1971. De hernieuwing kan enkel geweigerd worden indien blijkt dat de concessie op het moment van de aanvraag verwaarloosd is.
5. Retroactieve thuisbewaring
De aanvraag tot retroactieve thuisbewaring van een asurne uit een concessie in het columbarium of het urnenveld, moet schriftelijk worden ingediend bij het college van burgemeester en schepenen door de overlevende echtgeno(o)t(e) of samenlevende partner en de bloedverwanten eerste graad.
De aanvraag tot retroactieve thuisbewaring kan ingediend worden tot zolang de termijn van de concessie loopt of tot zolang de procedure van de hernieuwing van de concessie loopt.
De plaats van bewaring of verstrooiing wordt in de aanvraag aangeduid.
De aanvraag tot retroactieve thuisbewaring kan slechts eenmaal worden ingediend.
De modaliteiten over de ontgraving, de bepalingen van artikel 6.1 e.v. van het reglement zijn van toepassing.
De geconcedeerde nis of perceel wordt gedurende een termijn van 2 jaar bewaard. De bewaringstermijn heeft geen invloed op de oorspronkelijk toegekende concessietermijn.
Wanneer de thuisbewaring na de termijn van 2 jaar ophoudt, kan de as van de overledene uitgestrooid worden op de strooiweide van één van de gemeentelijke begraafplaatsen.
Wanneer op het ogenblik van de aanvraag tot retroactieve thuisbewaring, door de nabestaanden reeds gekozen wordt om de asurne niet meer terug te brengen of wanneer door de nabestaanden gekozen wordt voor een asverstrooiing op een andere plaats dan de begraafplaats, dan worden de modaliteiten van artikel 3.5 van het reglement toegepast.
Wanneer de concessie tijdens de periode van bewaring moet hernieuwd worden, zijn de modaliteiten van artikel 3.4 van het reglement van toepassing. Wanneer de concessie, tijdens de periode van de bewaring, niet hernieuwd wordt, is deze vervallen.
Wanneer, na een termijn van twee jaar, de asurne niet wordt teruggebracht naar de begraafplaats, wordt de concessie ambtshalve opgeheven.
De betaalde concessieprijs kan noch geheel, noch gedeeltelijk teruggevorderd worden.
De verwijdering en de herplaatsing van de afdekplaat van het columbarium of van het monument van het urnenveld, naar aanleiding van een aanvraag tot retroactieve thuisbewaring, gebeurt in opdracht en op kosten van de aanvrager van de thuisbewaring.
Voor de verwijdering en de herplaatsing wordt een afspraak gemaakt met het lokaal bestuur.
Voor de modaliteiten met betrekking tot de plaatsing van grafmonumenten, zijn de bepalingen van hoofdstuk 4 van het reglement van toepassing.
De herplaatsing van de afdekplaat van het columbarium of van het monument van het urnenveld moet binnen een termijn van 3 maanden worden uitgevoerd. De aanvrager van de retroactieve thuisbewaring is verantwoordelijk voor eventuele schade.
Artikel 3.5 – beëindiging van een concessie
Op schriftelijk verzoek van de concessiehouder of zijn erfgenamen, of bij gebrek hiervan, iedere belanghebbende, kan het college van burgemeester en schepenen een concessie voortijdig beëindigen.
Bij beëindiging op verzoek, kan de betaalde concessieprijs noch geheel, noch gedeeltelijk teruggevorderd worden.
Vooraleer het college tot beëindiging overgaat, zal de vraag tot beëindiging worden aangeplakt gedurende 6 maanden aan de ingang van de begraafplaats en aan de betrokken concessie. Bezwaren tegen een voortijdige beëindiging moeten schriftelijk worden ingediend bij het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 3.6 – onderhoud van een concessie
Het onderhoud van de grafmonumenten en de percelen is ten laste van de belanghebbenden.
Verwaarlozing en onderhoudsverzuim betekent dat het graf doorlopend door plantengroei overwoekerd, vervallen, ingestort of bouwvallig is.
Verwaarlozing wordt vastgesteld in een akte van de burgemeester. Die akte blijft een jaar bij het graf en aan de ingang van de begraafplaats aangeplakt. Bij herstel mag de akte verwijderd worden.
Na het verstrijken van deze termijn en bij niet herstelling van het grafmonument wordt de concessie beëindigd door het college van burgemeester en schepenen. Van ambtswege wordt overgegaan tot afbraak of tot het wegnemen van de materialen.
In geval van dringende noodzakelijkheid kan de burgemeester ambtshalve verwaarloosde gedenktekens doen wegnemen zonder verhaal of aanspraak op vergoeding. De dringende noodzaak zal worden vastgesteld in een akte, opgemaakt door de burgemeester, die wordt aangeplakt aan het graf en aan de ingang van de begraafplaats, en zal verstuurd worden aan de concessiehouder of zijn of haar gekende nabestaande of belanghebbende.
Artikel 3.7 - terugneming perceel
In geval van terugneming van een perceel wegens openbaar belang of dienstnoodzakelijke omstandigheden, kunnen de concessiehouders geen aanspraak maken op enige vergoeding.
Zij hebben slechts het recht op het kosteloos bekomen van een perceel of een nis van dezelfde afmetingen op een ander deel van de begraafplaats of een andere lokale begraafplaats, tot het einde van de reeds toegekende concessietermijn.
Artikel 3.8 - grafkelder
Er worden geen nieuwe grafkelders toegestaan. In bestaande grafkelders mag begraven worden volgens de bepalingen die in de concessie zijn opgenomen.
HOOFDSTUK 4 : PERKEN - PERCELEN - GRAFMONUMENTEN – AFDEKPLATEN - BEPLANTING – ONDERHOUD.
Artikel 4.1 - perken
Op de 3 begraafplaatsen van Herentals zijn afzonderlijke perken voorzien:
Er is een perk voorzien op de 3 begraafplaatsen voor levenloos geboren kinderen.
Sterrenkindjes worden er begraven of uitgestrooid. De plek op een sterretjesweide is anoniem.
Op de percelen mag geen gedenkteken worden geplaatst, maar er kan een herdenkingslint opgehangen worden in de sterretjesboom.
Er is op elke sterretjesweide een sterretjesboom aangeplant ter herdenking van de sterrenkinderen. Ouders kunnen een lintje ter herdenking ophangen in de boom, ook als het kind niet begraven is op de sterretjesweide.
De linten worden ter beschikking gesteld door het stadsbestuur.
De linten mogen versierd worden met een boodschap die sereen en respectvol is.
Het ophangen van de linten moet met respect voor en zonder beschadiging van de boom gebeuren. Andere voorwerpen mogen niet opgehangen worden in de boom.
De groendienst heeft het recht om de linten in de boom te verhangen, voor een evenwichtige verspreiding of om onderhoudswerken aan de boom te kunnen uitvoeren.
De linten zijn onderhevig aan weersomstandigheden. De groendienst heeft het recht om linten te verwijderen die sterk verweerd zijn of als bovenstaande regels niet gerespecteerd worden.
In het symbolisch sterrenregister kunnen ouders hun levenloos geboren kindje, ongeacht de zwangerschapsduur, symbolisch laten registreren. De aangifte hiervan kan online gebeuren of na afspraak bij de dienst burgerzaken. Er kan een symbolische akte aangevraagd worden van deze registratie. Het sterrenregister is een symbolisch register. Er zijn geen juridische gevolgen.
2. Perken voor - 14 jaar (kinderperk)
Op de begraafplaatsen zijn afzonderlijke perken voorzien voor de begraving van stoffelijke overschotten voor kinderen tot 14 jaar. Dit perceel is voorzien voor niet- geconcedeerde begravingen.
3. Perken voor + 14 jaar
Voor de begraafplaats in Herentals zijn aparte perken voorzien voor de begraving van stoffelijke overschotten en voor de begraving van asurnen in volle grond. Voor de begraafplaats van Noorderwijk en de begraafplaats van Morkhoven worden de begravingen van stoffelijke overschotten en de begraving van asurnen in volle grond in dezelfde perken uitgevoerd.
4. Strooiweide
Er zijn op de 3 begraafplaatsen perken voorzien voor de uitstrooiing van assen. Aan deze strooiweiden staan gedenkzuilen met naamplaatjes. De bestaande naamplaatjes die op datum van 15 juli 2024 reeds twintig jaar aanhangen zullen ambtshalve verwijderd worden door de stedelijk werkplaats. De naamplaatjes die op datum van 15 juli 2024 minder dan twintig jaar aanhangen blijven hangen aan de gedenkzuilen tot de termijn van twintig jaar afloopt. Nadien worden zij ambtshalve verwijderd door de technische dienst. Nieuwe naamplaatjes vanaf datum 15 juli 2024 blijven maximum twintig jaar hangen te rekenen vanaf datum van overlijden en worden na deze periode ambtshalve verwijderd door de technische dienst. Voor de naamplaatjes van personen jonger dan 14 jaar geldt een termijn van 40 jaar.
De naamplaatjes aan de strooiweide hebben verplicht een rechthoekige vorm met een lengte van 8 cm en een breedte van 5 cm. Er mogen maximum 2 tekstlijnen worden ingegraveerd nl. * naam en voornaam (1ste tekstlijn) * geboortedatum en sterfdatum (2de tekstlijn) De bevestiging gebeurt door het lokaal bestuur. De naamplaatjes worden aangevraagd bij en aangeleverd door het lokaal bestuur. De kostprijs hiervoor is ten laste van de aanvrager. De vergoeding voor het naamplaatje, het graveren en plaatsen wordt vastgesteld in het tariefreglement.
5. Perk voor natuurbegravingen
Op de 3 begraafplaatsen wordt een perk voor natuurbegravingen voorzien. Indien het technisch mogelijk is, kunnen volgende vormen van begravingen worden uitgevoerd:
De plek op het perk voor natuurbegravingen is anoniem en zonder grafzerk.
Op het perk kunnen geen gedenktekens, bloemen, kransen of versieringen geplaatst worden.
6. Perk voor oud-strijders
Om in het perk van de oud-strijders begraven te worden moet één van de hiernavolgende documenten worden voorgelegd:
De schriftelijke aanvraag tot begraving wordt ingediend op het ogenblik van het overlijden.
De schriftelijke aanvraag kan door iedere belanghebbende worden ingediend bij het college van burgemeester en schepenen en mits voorlegging van de documenten waaruit blijkt dat aan de voorziene voorwaarden werd voldaan.
Het perk is enkel voorzien voor oud-strijders, niet voor hun familieleden.
7. Perken voor pater- en zustergemeenschappen (Bosbergen)
Het perk is enkel voorzien voor zuster of paters, niet voor hun familieleden.
Artikel 4.2 - percelen
De percelen op de begraafplaatsen voor de begraving van (een) stoffelijk overschot(ten) of (een) urne(n) hebben de hierna volgende afmetingen:
| lengte | breedte |
graf (+ 14 jaar) | 220 cm | 120 cm |
kindergraf (- 14 jaar) | 180 cm | 80 cm |
graf voor urne | 50 cm | 30 cm |
columbariumnis | 40 cm | 40 cm |
Artikel 4.3 - grafmonumenten en afdekplaten
Op het perceel, waarin een stoffelijk overschot of een asurne begraven werd in geconcedeerde grond, moet binnen 6 maanden een grafmonument of een afdekplaat worden aangebracht.
De grafmonumenten moeten voldoen aan de volgende voorwaarden :
In geval van ontgraving, bijbegraving of herbegraving moeten de grafmonumenten of de afdekplaten geplaatst worden binnen 6 maanden.
Indien binnen de 6 maanden het grafmonument of de afdekplaat niet is uitgevoerd, of indien tijdens de verdere duur van de concessie niet langer aan die voorwaarden voldaan is, kan dit aanleiding geven tot het nemen van maatregelen die zijn voorzien bij de procedure van verwaarlozing van graven.
perk | grafmonument/ afdekplaat | afmetingen |
|
|
|
sterretjesweide | ||
graf of asurne in volle grond | ||
Herentals – Noorderwijk - Morkhoven | niet toegelaten |
|
|
|
|
perk – 14 jaar | ||
graf of asurne in volle grond | ||
Herentals - Morkhoven | kopstuk | L = max. 1,20m |
|
| H = max. 0,60m |
|
| D = max. 0,20m |
|
|
|
Noorderwijk | kopstuk | L = max. 1,20m |
|
| H = max. 0,60m |
|
| D = max. 0,20m |
|
| vorm = boogvorm |
asurne in columbarium | ||
Herentals – Noorderwijk - Morkhoven | afdekplaat | L = max. 0,20m |
|
| B = max. 0,20m |
|
| D = max. 0,10m |
| ||
perk + 14 jaar | ||
graf in volle grond | ||
Herentals - Morkhoven | kopstuk | L = max. 1,50m |
| H = max. 0,70m | |
, |
| D = max. 0,20m |
|
|
|
Noorderwijk | kopstuk | L = max. 1,50m |
|
| H = max. 0,70m |
|
| D = max. 0,20m |
|
| vorm = boogvorm |
asurne in volle grond | ||
Herentals | kopstuk | L = max. 0,50m |
|
| H = max. 0,50m |
|
| D = max. 0,05m |
|
|
|
Morkhoven | kopstuk | L = max. 1,50m |
|
| B = max. 0,70m |
|
| D = max. 0,20m |
|
|
|
Noorderwijk | kopstuk | L = max. 1,50m |
|
| B = max. 0,70m |
|
| D = max. 0,20m |
|
| vorm = boogvorm |
asurne in columbarium | ||
Herentals – Noorderwijk - Morkhoven | afdekplaat | L = 0,40m |
|
| B = 0,40m |
|
| D = 0,02m |
|
|
|
strooiweide | ||
Herentals – Noorderwijk - Morkhoven | niet toegelaten |
|
perk voor natuurbegravingen | ||
graf of asurne in volle grond | ||
Herentals – Noorderwijk - Morkhoven | niet toegelaten |
|
| ||
perk voor oud-strijders | ||
graf of asurne in volle grond | ||
Herentals - Morkhoven | kopstuk | L = max. 1,50m |
|
| B = max. 0,70m |
|
| D = max. 0,20m |
|
|
|
Noorderwijk | kopstuk | L = max. 1,50m |
|
| B = max. 0,70m |
|
| D = max. 0,20m |
|
| vorm = boogvorm |
|
|
|
perk voor pater- en zustergemeenschappen | ||
graf of asurne in volle grond | ||
Herentals | kopstuk | L = max. 0,70m |
|
| B = max. 0,40m |
|
| D = max. 0,05m |
|
| vorm = kruisvorm |
Vanaf 15 juli 2024 is het plaatsen van buikstukken verboden.
Het liggende gedeelte van het grafperceel zal ingezaaid of aangeplant worden door de stadsdiensten.
De buikstukken van bestaande graven mogen behouden blijven. In geval van een beschadiging van een bestaand buikstuk moet deze worden weggenomen.
Grafmonumenten moeten op volgende manier geplaatst worden dat:
Deze ruimte moet vrij blijven, er mag geen beplanting, bedekkingsmateriaal of enig ander voorwerp worden geplaatst. Rond de graven mogen geen afsluitingen of omheiningen gemaakt worden. Zit-, kniel- en bidbanken zijn niet toegestaan. Inbreuken hierop worden ambtshalve verwijderd.
De graftekens moeten zodanig opgericht en onderhouden worden dat ze de veiligheid en de doorgang niet belemmeren en dat ze geen schade aanbrengen aan de aangrenzende graftekens en graven.
Het is niet toegestaan grafstenen of andere gedenktekens te plaatsen die door hun vorm, afmetingen, hun opschriften of de aard van de materialen onrespectvol zijn.
Artikel 4.4 - beplanting
1. Beplanting
Planten in de bodem van en rond de grafmonumenten en urnenmonumenten is verboden.
De beplantingen op de grafmonumenten mogen de buitenafmetingen van het grafmonument niet overschrijden.
Het is verboden deze aanplantingen hoger dan 0,50 m te laten groeien.
Het is verboden om hoogstammige bomen op of rond een grafmonument te plaatsen of te planten.
Het is verboden om Japanse duizendknoop in bloemstukken te verwerken. Deze worden onmiddellijk verwijderd.
De beplantingen die de doorgang of het uitzicht verhinderen, worden ambtshalve verwijderd.
2. Bloemstukken en bloemenkransen
Bloemstukken of bloemenkransen uit natuurlijk materiaal kunnen ambtshalve verwijderd worden.
Bloemen en planten mogen tot op maximum 0,30 m van het kopstuk worden geplaatst.
Als ze afgestorven zijn, moeten bloemen en planten verwijderd worden. Bij gebrek hieraan zullen de bloemen en planten en de potten ambtshalve worden verwijderd.
De aangebrachte versiering op de afdekplaten van de columbaria mag niet hinderend zijn voor de aanpalende nissen. Inbreuken hierop worden ambtshalve verwijderd.
Artikel 4.5 – onderhoud
De nabestaanden zijn verantwoordelijk voor (het onderhoud van) de grafmonumenten.
Indien de nabestaanden niet instaan voor het onderhoud kan de procedure voor verwaarlozing worden opgestart (idem procedure artikel 3.6).
Het reinigen van graftekens mag enkel gebeuren met zuiver water en ecologische producten.
Er mogen enkel werken worden verricht tijdens de openingsuren van de begraafplaatsen.
Op zaterdagen, zondagen en wettelijke feestdagen, en op de dagen door het college van burgemeester en schepenen is vastgesteld, mogen geen werken worden uitgevoerd.
Vanaf de voorlaatste werkdag van oktober tot en met 2 november is het verboden, behoudens de toestemming van de burgemeester of zijn gemachtigde, op de gemeentelijke begraafplaatsen graftekens te plaatsen of bouw- en beplantingswerken aan de graven uit te voeren.
Alle werken die als voorbereiding elders mogelijk zijn, mogen niet op de begraafplaats worden uitgevoerd. De materialen moeten zoveel als mogelijk geprefabriceerd ter plaatse worden gebracht om de werken om de begraafplaats tot het volstrekt minimum te beperken.
De werken moeten binnen de kortst mogelijke termijn worden voltooid. Indien de werken niet worden beëindigd op sluitingsuur, dan moeten materieel en voertuigen van de begraafplaats worden verwijderd.
Artikel 4.6 – bestemming grafmonumenten na einde bewaartermijn
Bij het einde van de bewaartermijn, worden de niet-weggenomen graftekens en de nog bestaande constructies eigendom van de gemeente. Het college van burgemeester en schepenen bepaalt de bestemming van de grafmonumenten.
HOOFDSTUK 5: GRAVEN VAN LOKAAL HISTORISCH BELANG.
Artikel 5.1
Het college van burgemeester en schepenen bepaalt autonoom welke graven van historisch belang zijn. Op de lijst zullen enkel die grafmonumenten opgenomen worden die met betrekking tot de persoon een binding hebben met de gemeente of die met betrekking tot de vorm een kunsthistorisch belang hebben.
Deze grafmonumenten worden gedurende 50 jaar bewaard. De termijn is verlengbaar. Het onderhoud is ten laste van het lokaal bestuur.
HOOFDSTUK 6: ONTGRAVINGEN.
Artikel 6.1
Ontgravingen zijn enkel mogelijk:
In geval van herbegraven moet vooraf een toelating tot herbegraven worden bekomen op een gemeentelijke begraafplaats of een begraafplaats buiten de gemeente. Het stoffelijk overschot moet onmiddellijk naar de nieuwe bestemming worden vervoerd en begraven, mits inachtneming van alle voorschriften ter zake.
In geval van crematie wordt de as behandeld overeenkomstig artikels 19 en 24 van het decreet op de begraafplaatsen en de lijkbezorging van 16 januari 2004 en latere wijzigingen.
De kosten voor ontgravingen worden geregeld in het tariefreglement.
Artikel 6.2
Dag en uur van de ontgraving wordt door het lokaal bestuur bepaald. De begraafplaats moet op dat tijdstip voor het publiek gesloten worden.
Bij de ontgraving zullen enkel door de burgemeester gerechtigde personen toegelaten worden.
Artikel 6.3
De ontgraving en de bijhorende werkzaamheden gebeuren in opdracht van het lokaal bestuur.
Artikel 6.4
Wanneer, naar aanleiding van de ontgraving, wordt vastgesteld door het lokale bestuur dat de asurne of de kist niet meer in goede staat is, moet deze door de aanvrager vervangen worden.
De kosten hiervoor worden gedragen door de aanvrager van de ontgraving.
HOOFDSTUK 7: RESPECTVOL GEDRAG OP DE BEGRAAFPLAATS.
Artikel 7.1
Op de begraafplaatsen is het verboden gelijk welke gedrag te stellen die de orde, de eerbied en de rust van de overledenen stoort.
Artikel 7.2
Het is verboden afval op de begraafplaatsen achter te laten. Er zijn vuilnisbakken/containers voorzien.
Artikel 7.3
Het is verboden op de begraafplaatsen enige vorm van verkoop of diensten aan te bieden tegen betaling.
Artikel 7.4
Op de begraafplaatsen is het aanbrengen van elke aanplakking, reclame, opschriften en voorwerpen die niet voorzien zijn in de wet op de begraafplaatsen en de lijkbezorging verboden.
Artikel 7.5
De stadsdiensten zijn niet belast met de bewaking van de op de graven geplaatste voorwerpen.
Artikel 7.6
Het stadsbestuur kan niet aansprakelijk worden gesteld voor diefstallen of beschadigingen, die op de begraafplaatsen ten nadele van de nabestaanden zouden gepleegd worden aan de graven, de erop aangebrachte gedenktekens of beplantingen.
Artikel 7.7
Het is niet toegelaten:
HOOFDSTUK 8: SLOTBEPALINGEN.
Artikel 8.1
Alle niet in dit reglement voorziene gevallen worden beslecht door het college van burgemeester en schepenen, in zoverre zij niet door een wet, besluit of decreet aan een andere overheid worden toegewezen.
Artikel 8.2
Elke bij hoogdringendheid genomen beslissing van de burgemeester wordt ter kennis gebracht van het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 8.3
Dit reglement over de gemeentelijke begraafplaatsen vervangt het reglement van de begraafplaatsen van 15 december 2009 en alle voorgaande beslissingen in verband met de begraafplaatsen.
Dit reglement gaat in op 15 juli 2024.
Het aangepaste reglement wordt opgenomen in de volgende aanpassing van de politiecodex.