Conform het gemeenteraadsbesluit van 10 november 2020 wordt deze gemeenteraad ingevolge de coronacrisis digitaal en hybride georganiseerd.
De ontwerpnotulen van de vorige vergadering worden, behalve in spoedeisende gevallen, ten minste acht dagen voor de vergadering samen met de oproeping aan de raadsleden bezorgd, tenzij dit praktisch onmogelijk is omdat de zittingen elkaar te snel opvolgen.
De notulen van de raad voor maatschappelijk welzijn worden goedgekeurd op de eerstvolgende vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn.
De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de notulen van de zitting van 5 oktober 2021 goed.
De vrijgekomen woningen op het begijnhof worden systematisch in erfpacht gegeven met als doel de woningen op te waarderen en te bewaren voor de volgende generaties waardoor de restauratiekost wordt gefinancierd met privékapitaal. Na verhuis van de voormalige bewoonster naar een rusthuis is de woning Begijnhof 5 vrij en kan deze in erfpacht gegeven worden.
In de bijzondere erfpachtvoorwaarden van de ontwerpakte is opgenomen:
Om meer kandidaten de mogelijkheid te geven om de erfpacht van een begijnhofwoning aan te gaan en toch speculatie te vermijden wordt voorgesteld de (zelf)bewoningsplicht uit te breiden:
De dienst patrimonium stelt voor om de uitbreiding van (zelf)bewoningsplicht voor de erfpachter de eerste 10 jaar van de erfpachtovereenkomst met bloedverwanten in de 1ste graad opgaande rechte lijn en 1ste graad neergaande rechte lijn ook toe te passen voor de reeds bestaande erfpachtovereenkomsten van begijnhofwoningen gelegen Begijnhof 4, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 14B, 15, 16 en 18 en Burchtstraat 30 zodat ouders of kinderen van deze erfpachters ook in aanmerking komen om te voldoen aan de bewoningsplicht. Het is niet aangewezen om alle erfpachtakten te wijzigen gezien de administratieve belasting. Wel kan door het bestuur het standpunt worden ingenomen om de facto dezelfde rechten toe te kennen aan de erfpachters.
De huidige erfpachtnemers van begijnhofwoningen moeten hiervan op de hoogte gebracht worden zodat zij ook van dezelfde rechten kunnen gebruik maken.
Van de achterliggende grond gelegen achter het huis Begijnhof 5 zal de toekomstige erfpachter tijdens de duur van de erfpacht gratis gebruik kunnen maken op voorwaarde dat hij/zij de tuin onderhoudt volgens de richtlijnen van het OCMW op basis van de richtlijnen uit het goedgekeurd beheersplan van 20 december 2017. Het deel van het gebruik beperkt zich tot aan de haagafsluiting achteraan het perceel.
De (venale) verkoopwaarde werd geschat op 140.000 euro volgens het schattingsverslag van 8 februari 2021 opgemaakt door landmeter-expert Peter Liekens. Hierop wordt een coëfficiënt van 2,5 % toegepast waardoor de minimum jaarlijkse vergoeding (canon) voor het verlenen van de erfpacht wordt vastgelegd op 3.500 euro.
Aangezien de toekomstige erfpachter de verplichting op zich neemt om het pand in goede staat te brengen overeenkomstig de maatregelen beschreven in het goedgekeurd beheersplan van 20 december 2017 en volgens de adviezen van het Agentschap Onroerend Erfgoed, en dit toch wel een zware financiële verplichting betekent, kan de jaarlijkse minimale vergoeding zo nodig verminderd worden tot 1,5 % van de schattingswaarde, namelijk 2.100 euro per jaar.
De kadastrale legger van 11 februari 2021, het bodemattest van 16 maart 2021 en het inspectierapport 10774/2019/B van Monumentenwacht worden als bijlage bijgevoegd aan het dossier.
De ontwerpakte werd opgemaakt door notaris van Schoubroeck en als bijlage bijgevoegd aan het dossier.
De raad voor maatschappelijk welzijn van 28 oktober 2003 legde de beginselverklaring 'gezamenlijke visie bescherming en bestemming Begijnhof' vast als volgt:
“Er wordt geopteerd voor een eigentijdse, gemengde woonfunctie, wat betekent dat de bewoning wordt gekenmerkt door sociale verscheidenheid gecombineerd met publieke functies."
Er is geopteerd voor het systeem van erfpacht zodat de investeringen van renovatie en onderhoud ten laste vallen van de erfpachter en zodat deze hiervoor ook aanspraak kan maken op een premie en een fiscale aftrek.
Het vast bureau stelde op 11 oktober 2015 het bedrag van de administratiekosten voor de erfpachten van de begijnhofwoningen vast op 400 euro. Voor de erfpachtverlening via openbare bieding wordt het hoogste bod aanvaard.
Begijnhof 5 is vrij na de verhuis van de voormalige bewoonster naar een rusthuis. De opbrengst van de erfpacht zal aangewend worden voor de financiering van de algemene werking van het OCMW.
Het vast bureau van 22 februari 2021 besliste principieel om de begijnhofwoning Begijnhof 5 in erfpacht te geven.
Het vast bureau van 18 oktober 2021 keurde principieel de ontwerpakte en de openbare toewijs op 29 november 2021 door notaris van Schoubroeck goed.
Het vast bureau van 25 oktober 2021 keurde principieel de afwijkingsmogelijkheid op de zelfbewoningsplicht en de gewijzigde ontwerpakte van 21 oktober 2021 goed.
De raad voor maatschappelijk welzijn beslist om:
De raad voor maatschappelijk welzijn beslist om de (zelf)bewoningsplicht voor de erfpachter de eerste 10 jaar van de erfpachtovereenkomst uit te breiden met bloedverwanten in de 1ste graad opgaande rechte lijn en 1ste graad neergaande rechte lijn voor de reeds bestaande erfpachtovereenkomsten van de woningen zodat ouders of kinderen van de erfpachtnemers ook in aanmerking komen om te voldoen aan de bewoningsplicht. De erfpachters van de begijnhofwoningen gelegen Begijnhof 4, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 14b, 15, 16, 18 en Burchtstraat 30 worden hiervan op de hoogte gebracht.
Op maandag 18 oktober 2021 om 18 uur vond de openbare toewijs plaats in de foyer van 't Schaliken in Herentals. Er waren slechts een tiental aanwezige geïnteresseerden waarbij 2 bieders. De hoogst geboden canon lag onder het door de raad van maatschappelijk welzijn vastgestelde jaarlijks minimale bedrag. Na beraadslaging met de adjunct algemeen directeur en de voorzitter van de gemeenteraad heeft de notaris de erfpacht niet toegewezen en wordt de woning Begijnhof 17 in een tweede zitdag op maandag 29 november 2021 om 18 uur in de raadzaal van het administratief centrum terug aangeboden om de erfpacht definitief toe te wijzen.
De (zelf)bewoningsplicht voor de erfpachters de eerste 10 jaar van de erfpachtovereenkomst maakt dat voor een aantal kandidaten de mogelijkheid ontnomen wordt om de erfpacht aan te gaan, bijvoorbeeld:
Om meer kandidaat-erfpachters de mogelijkheid te bieden de erfpacht aan te gaan van de woning Begijnhof 17 stelt de dienst patrimonium voor om:
Hiermee wordt bewoning een recht en niet langer een plicht.
Notaris van Schoubroeck wordt op de hoogte gebracht dat de bewoningsplicht buiten toepassing wordt gesteld en dat deze wijziging van de voorwaarden mondeling bekend gemaakt wordt voor de start van de biedingen en schriftelijk bij akte van toewijs. Het buiten toepassing stellen van de bewoningsplicht kan niet meer vooraf aan de tweede zitdag opgenomen worden in de ontwerpakte daar deze reeds geregistreerd is na de eerste zitdag en aldus niet meer kan gewijzigd worden.
De raad voor maatschappelijk welzijn van 28 oktober 2003 legde de beginselverklaring 'gezamenlijke visie bescherming en bestemming Begijnhof' vast als volgt:
“Er wordt geopteerd voor een eigentijdse, gemengde woonfunctie, wat betekent dat de bewoning wordt gekenmerkt door sociale verscheidenheid gecombineerd met publieke functies."
Er is geopteerd voor het systeem van erfpacht zodat de investeringen van renovatie en onderhoud ten laste vallen van de erfpachter en zodat deze hiervoor ook aanspraak kan maken op een premie en een fiscale aftrek.
Op 5 mei 2020 besliste de raad voor maatschappelijk welzijn om de begijnhofwoning Begijnhof 17 openbaar in erfpacht te geven volgens de erfpachtmodaliteiten:
Volgende functies worden aanzien als aanvaardbaar:
Dit is in uitvoering van het bestuursakkoord 2019-2024 waarin opgenomen is om in het begijnhof de mogelijkheid tot horecagelegenheid te voorzien en een dynamische beleving te creëren.
De functies mogen geen buitensporige hinder met zich meebrengen en mogen niet autogericht zijn.
De raad voor maatschappelijk welzijn keurde de ontwerpakte goed.
In de bijzondere erfpachtvoorwaarden van de ontwerpakte is opgenomen:
De zelfbewoningsplicht is opgenomen om te vermijden dat de begijnhofwoningen in handen zouden komen van investeerders, die de erfpacht aangaan om te verhuren, of speculanten.
De raad voor maatschappelijk welzijn beslist om bij de erfpachtverlening door openbaar opbod voor de woning Begijnhof 17 tijdens de tweede zitdag op maandag 29 november 2021 om 18 uur af te wijken van de bewoningsplicht zoals opgenomen in de oorspronkelijke ontwerpakte:
Notaris van Schoubroeck wordt op de hoogte gebracht van deze beslissing.
Om het hoofd te bieden aan stijgende kosten ten gevolge van prijsstijgingen die gereflecteerd worden in de index van consumptieprijzen, is het nodig om de opbrengsten daar waar mogelijk eveneens te verhogen. De Vlaamse regering voorziet de mogelijkheid om de dagprijzen aan te passen aan de consumptieprijsindex.
Dit betekent een indexering van de dagprijs volgens de volgende formule:
64,94 euro (huidige dagprijs) x 112,55 (indexcijfer september 2021) = 66,80 euro
109,42 (indexcijfer september 2020)
Het vast bureau keurde op 29 oktober 2021 de indexering van de dagprijs principieel goed.
Raadslid Jan Bertels dient op 4 november 2021 volgens artikel 3 en 18 van het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn volgend amendement en subamendement in:
Amendement:
In het ontwerp van besluit wordt het woord ‘januari’ vervangen door het woord ‘juli’. (dus met ingang van 1 juli 2022 in plaats van met ingang van 1 januari 2022)
Subamendement:
Toevoeging van een lid aan het voorstel van beslissing:
De raad voor maatschappelijk welzijn beslist een korting te verlenen aan de bewoners van het woonzorgcentrum ter waarde van de stijging van de dagprijs ingevolge de indexatie vanaf 1 januari 2022 voor het eerste halfjaar 2022.
Het financieel resultaat moet met deze korting voor de bewoners van het woonzorgcentrum gelijk blijven.
De motivatie van het subamendement en het amendement werd als bijlage opgenomen.
De dagprijs van het WZC Sint-Anna wordt, zoals wettelijk toegelaten, jaarlijks aangepast aan de consumptieprijsindex. Dit kan door mededeling via het E-loket Zorg en Gezondheid. De raad voor maatschappelijk welzijn besliste op 8 december 2020 om:
64,36 euro (huidige dagprijs) x 109,42 (indexcijfer september 2020) = 64,94 euro
108,44 (indexcijfer september 2019)
Is opgenomen in de meerjarenplanning 2020-2025.
Besluit 1
Subamendement:
Toevoeging van een lid aan het voorstel van beslissing:
De raad voor maatschappelijk welzijn beslist een korting te verlenen aan de bewoners van het woonzorgcentrum ter waarde van de stijging van de dagprijs ingevolge de indexatie vanaf 1 januari 2022 voor het eerste halfjaar 2022. Het financieel resultaat moet met deze korting voor de bewoners van het woonzorgcentrum gelijk blijven.
Het amendement wordt verworpen.
Besluit 2
Amendement:
In het ontwerp van besluit wordt het woord ‘januari’ vervangen door het woord ‘juli’. (dus met ingang van 1 juli 2022 in plaats van met ingang van 1 januari 2022)
Het amendement wordt verworpen.
Besluit 3
De raad voor maatschappelijk welzijn beslist om:
64,94 euro (huidige dagprijs) x 112,55 (indexcijfer september 2021) = 66,80 euro
109,42 (indexcijfer september 2020)
Het Agentschap Zorg en Gezondheid wordt via het E-loket in kennis gesteld van deze beslissing.
Welzijnszorg Kempen heeft een intensief extern begeleidingstraject doorlopen om te komen tot een oplossing voor de dienstverlening informatieveiligheid naar de lokale besturen. Aan de basis van dit traject lag onder andere de btw-regelgeving waaraan de dienstverlening moet beantwoorden, het advies van de organisatiebrede audit van Audit Vlaanderen in 2020 en de impact van de integratie van de gemeentes en OCMW’s op vlak van facturatie voor Welzijnszorg Kempen.
Het resultaat van het traject is het voorstel tot de oprichting van een zelfstandige groepering zonder rechtspersoonlijkheid. Dit voorstel werd door de raad van bestuur van Welzijnszorg Kempen goedgekeurd. Het doel van deze zelfstandige groepering is om de huidige werking te waarborgen met vrijstelling van btw.
De zelfstandige groepering is een specifiek figuur binnen de btw-regelgeving die toestaat uitgaven en middelen te groeperen en vervolgens vrij van btw te verdelen. Hierbij worden de afspraken met betrekking tot de samenwerking, de inzet van het gemeenschappelijk personeel, de besluitvorming en de kostendeling in een schriftelijke overeenkomst vastgelegd. Het betreft een samenwerking met een duurzaam karakter.
De samenwerkingsovereenkomst werd op 22 september 2021 door de raad van bestuur van Welzijnszorg Kempen goedgekeurd en wordt voorgelegd aan de participerende besturen. De samenwerkingsovereenkomst werd mee bezorgd.
De werking van de dienst en de bestaande dienstverlening aan de lokale besturen, IOK Afvalbeheer en Welzijnszorg Kempen wordt op basis van deze samenwerkingsovereenkomst verdergezet.
De omschakeling naar een zelfstandige groepering heeft geen impact op het reeds voorziene budget. De principes van kostendeling die reeds vroeger werden overeengekomen, blijven in deze werkwijze behouden.
Naast de gemeente kan ook het OCMW iemand afvaardigen in de stuurgroep van de zelfstandige groepering. Welzijnszorg Kempen vraagt dat het iemand is die voldoende vertrouwd is met de werking opdat strategische beslissingen zouden genomen kunnen worden.
Het OCMW is bij besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 1 juli 1980 aangesloten bij de dienst Informatieveiligheid aangeboden door Welzijnszorg Kempen (WZK).
Onder andere de btw-regelgeving waaraan de dienstverlening van Welzijnszorg Kempen moet beantwoorden, het advies van de organisatiebrede audit van Audit Vlaanderen in 2020 en de impact van de integratie van de gemeentes en OCMW’s op vlak van facturatie voor Welzijnszorg Kempen, wijzen uit dat er problemen zijn met de organisatie van de dienstverlening informatieveiligheid naar de lokale besturen. Deze problematiek wordt opgelost door het oprichten van een zelfstandige groepering (ZG) zonder rechtspersoonlijkheid via de voorgestelde samenwerkingsovereenkomst.
Het vast bureau besliste dit dossier principieel op 11 oktober 2021.
De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de samenwerkingsovereenkomst tot oprichting en uitbating van de zelfstandige groepering Welzijnszorg Kempen Dienstverlening ZG goed.
De raad voor maatschappelijk welzijn vaardigt de heer Johan Vinck, adviseur organisatiebeheersing en interne controle af naar de stuurgroep van de zelfstandige groepering.
In de raad voor maatschappelijk welzijn van 12 maart 2019 werd mevrouw Priscilla Van Thielen aangeduid als vertegenwoordiger van de stad en in de raad voor maatschappelijk welzijn van 5 oktober 2021 werd de heer Rikkert Van Bauwel aangeduid als plaatsvervangend vertegenwoordiger van de stad voor deelname aan de (buitengewone) algemene vergadering van IOK voor de volledige duur van de lokale bestuursperiode 2019 - 2024.
Het mandaat van deze vertegenwoordiger moet elke vergadering vastgesteld worden.
Het vast bureau nam kennis van het ontwerp van statutenwijziging op 11 oktober 2021.
Het OCMW Herentals neemt deel aan de Intercommunale Ontwikkelingsmaatschappij voor de Kempen (IOK).
Het OCMW Herentals wordt opgeroepen om deel te nemen aan de buitengewone algemene vergadering van IOK op 17 december 2021 om 11.00 uur in ‘De Casteleer’, Pastorijstraat 38 te 2460 Kasterlee. De uitnodigingsmail van 20 oktober 2021 bevat volgende agenda met toelichtende nota:
Op 17 september 2021 heeft IOK al een dossier met enkele documentatiestukken met betrekking tot de buitengewone algemene vergadering van 17 december 2021 overgemaakt aan het OCMW Herentals. Het betreft het voorstel tot statutenwijziging. Zulke statutenwijziging moet immers minstens 90 dagen vooraf ter kennisgeving worden bezorgd. Wijzigingen in het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en bepalingen uit het Wetboek van vennootschappen en verenigingen van 23 maart 2019 maken de voorgestelde statutenwijzigingen noodzakelijk.
Op 15 oktober 2021 heeft de raad van bestuur van IOK de definitieve agenda voor de buitengewone algemene vergadering van 17 december 2021 vastgesteld. De raad voor maatschappelijk welzijn moet de agenda goedkeuren en het mandaat voor haar vertegenwoordiger vaststellen.
De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de agenda van de buitengewone algemene vergadering van IOK van 17 december 2021 als volgt goed:
De raad voor maatschappelijk welzijn keurt artikelsgewijs de voorgestelde statutenwijziging goed als volgt:
De raad voor maatschappelijk welzijn keurt het activiteitenplan 2022 goed.
De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de begroting 2022 en de hierin vervatte werkingskosten en tarieven van de dienstverlenende vereniging IOK goed.
De raad voor maatschappelijk welzijn mandateert de vertegenwoordiger van het OCMW die zal deelnemen aan de (fysieke of digitale) buitengewone algemene vergadering van IOK van 17 december 2021 (of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden) om conform dit besluit te handelen en te beslissen op deze buitengewone algemene vergadering.
Het vast bureau bezorgt een afschrift van deze beslissing aan IOK, Antwerpseweg 1, 2440 Geel.